
Wet inrichting landelijk gebied
Artikel 32
1
Tot het tijdstip, bedoeld in artikel 31, eerste of tweede lid, berusten het beheer en het onderhoud van de openbare wegen, waterlopen, dijken of kaden met de daartoe behorende kunstwerken bij de beheers- en onderhoudsplichtigen die voor de landinrichting daarmee belast waren.
2
In afwijking van het eerste lid berusten vanaf het tijdstip waarop gedeputeerde staten opdracht geven tot de uitvoering van de verbeteringswerken tot het tijdstip, bedoeld in artikel 31, eerste of tweede lid, het beheer en het onderhoud bij gedeputeerde staten van de provincie waarbinnen de in het eerste lid bedoelde voorzieningen geheel of grotendeels zijn gelegen, indien het betreft verbetering van deze voorzieningen.
3
Het beheer en het onderhoud van nieuwe voorzieningen als bedoeld in het eerste lid berusten tot het tijdstip, bedoeld in artikel 31, eerste of tweede lid, bij gedeputeerde staten van de provincie waarbinnen deze voorzieningen geheel of grotendeels zijn gelegen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.